Bij de dichtvallende klep van de brievenbus veer ik elke keer op. Iedere dag komt er wel een kaart, of meerdere. Voor Hugo, voor mij, voor ons allemaal. Woorden van steun, blijken van ‘ik denk aan je’. Ik houd zelf ook van kaartjes sturen, gewoon leuk, even een kaartje schrijven. Alleen is dit meer dan leuk. Dat zoveel mensen meeleven doet ons goed. Mensen van wie we het verwacht hadden, maar ook uit heel onverwachte hoek.

Dat geldt ook voor de bloemen die we krijgen. De bloemisten uit ons dorp leren ons kennen, het vriendelijke knikje bij het afleveren is ook steun. De ene bos nog mooier dan de andere. Als kwekersdochter houd ik sowieso van bloemen en raak nog steeds verwonderd over de schoonheid ervan. De blijken van meeleven doen me veel. Ik ben elke keer weer geraakt, word er enorm blij van. Ik schik de bloemen in de vazen en geniet totdat de laatste bloem verwelkt is.

De bedankjes zijn ook weer een reden om iemand te appen of te bellen. Een mogelijkheid om mijn verhaal nog een keer te vertellen. En nog een keer.

Het is meer dan de fysieke kaarten en de bossen bloemen in huis. Het is weten dat we aan alle kanten gesteund worden in dit proces. Het is een enorme bundel van energie om ons heen. We voelen ons gedragen en weten dat we niet alleen zijn.