Het is mijn vaste ritueel: elke dag na het ontbijt mediteer ik. Tot voor kort deed ik dat in de woonkamer, niemand in de buurt en lekker warm. Alle rust en ruimte daar.

Met vier mensen in huis is het anders. Bovendien hebben de kinderen iedere dag een ander lesschema en een vast tijdstip van opstaan is er niet meer bij. Ruben heeft zijn kamer op zolder en volgt zijn online lessen achter zijn bureau. Net als tijdens haar middelbare schooltijd leert Ilse het liefst in de woonkamer. Een slaapkamer is om te slapen, niet om te studeren is haar stelling. Zo is zij weer terug op haar oude plekje.

Gelukkig heb ik mijn werkkamer. Een fijn ingerichte ruimte met planten, foto’s en boeken, zwevende kasten met deurtjes: genoeg rust en ruimte. Deze ligt naast onze slaapkamer waar Hugo na het ontbijt weer gaat slapen, hij en ik storen elkaar niet. Mijn nieuwe meditatieplek bevalt me goed.

Alleen, nu is Ruben in de woonkamer om te ontbijten waardoor Ilse op mijn werkkamer gaat zitten, met de koptelefoon op om Hugo niet te storen. Ik sta met mijn meditatiekrukje in mijn hand. Waar ga ik nu zitten? De kamer ernaast dan maar. Midden op de vloer van Ilse haar kamer omgeven door talloze kledingstukken sluit ik mijn ogen.

Een paar dagen later hebben we dezelfde situatie. Alleen wil ik nu een vriendin bellen, even ongestoord van me af praten en zonder Hugo wakker te maken.

Ik beland in Hugo zijn klushok.