Ton: “Toen ik niet meer voor de krant kon schrijven, ben ik zelf gaan schrijven. Ik werk al een hele tijd aan een boek over wat er met je gebeurt als je kanker krijgt. Verder ben ik niet anders gaan leven. Alleen wat strikter met de dag, met het uur. Ik zie het leven nadat je uitbehandeld bent hetzelfde als elk ander leven, maar dan een beetje korter. Het is gewoon leven, en het is ook leuk, tot op zekere hoogte en ondanks de soms verschrikkelijke ongemakken.”
Lees het verhaalHoe hou je het vol?
‘Discipline is het toverwoord’
Marleen: “Ik heb last van een energielek. Een grote last, want ik ben normaal heel energiek. Fysiek ben ik oke, hoewel ik geen bergen meer kan beklimmen en een elektrische fiets heb. Dat ik weinig energie heb, wijt ik aan de chemo’s, maar het kan ook best psychisch zijn. In een chemovrije week plan ik wat meer en denk ik dat ik me beter voel, maar of dat echt zo is weet ik niet. Discipline is het toverwoord. Ik sta om zeven uur op, ga op tijd naar bed en elke dag even naar buiten. En ik zorg dat ik niet twee afspraken op een dag plan.”
Lees het verhaal‘Ik onderneem veel’
Erlinde: “‘Soms heb ik wat minder energie, dat is het enige waaraan ik merk dat ik ziek ben. Daar hou ik dan rekening mee: als ik naar een feestje ben geweest, hang ik de volgende dag wat meer op de bank. Dan kan ik de dag erna weer bij vrienden langs ofzo. Want ik onderneem veel. Ik heb mijn ziekte als drijfveer: nu kan het nog. Ik wil alles uit het leven halen wat er nog inzit. Dat wil ik ook als voorbeeld meegeven aan de kinderen: als iemand doodgaat, is dat niet het eind van de wereld. Je moet zelf iets van je leven maken. Je moet zelf leuke dingen blijven doen.”
Lees het verhaal‘Vooral niet te druk zijn met anderen’
Anne: “Ik het begin wou ik het liefst de hele dag in bed liggen en films kijken, maar je weet dat dat niet helpt. Voor mij werkte het om tijd voor mezelf te nemen. Ik werkte halve dagen en de andere helft ging ik een beetje puzzelen. Wandelen in m’n eentje, vooral niet teveel druk zijn met andere mensen. Niet te veel plannen maken. Ik ben wel veel thuis bij mijn ouders geweest, ik had behoefte aan mijn familie. We eten nog steeds elke maand een keer met z’n allen thuis.”
Lees het verhaal‘Even in een ander leven stappen’
Jelte: “Ik was een enthousiaste gamer. Tijdens het gamen kon ik in een andere werkelijkheid stappen. Dan werd ik een paar uur lang door niemand gestoord. Ik kon even in een ander leven stappen, uit de werkelijkheid. Daardoor kwam ik tot rust en had ik weer energie voor iets anders.”
Lees het verhaal‘Een week om op adem te komen’
Jillert: “Op een gegeven moment waren we thuis aan het eind van ons Latijn. Lies kon alleen maar in bed liggen als ik naast haar lag. Maar zij sliep niet, ze lag de hele nacht te woelen en te roepen. Mijn dochter in de kamer naast ons hoorde alles. Die zag ik met de dag vermoeider worden en zelf viel ik ook bijna om. Op een gegeven moment hebben we een respijt-opname geregeld. Lies ging een week naar het ziekenhuis zodat wij op adem konden komen.”
Lees het verhaal‘Elke dag lopen we een rondje’
Rien en Ans: “Het is belangrijk om regelmatig te leven. Onze ochtenden zijn altijd hetzelfde. Sinds Rien niet meer zelf kan lezen, lees ik hem ‘s morgens de krant voor. We eten altijd al gezond, we roken niet, we drinken niet. En omdat hij nog maar één nier heeft, moeten we oppassen met zout. Rien gaat elke veertien dagen naar de fysio. We doen ook samen oefeningen en gaan op de hometrainer. Rien heeft een driewielfiets en een rollator; elke dag lopen we een rondje. We zijn blij met ons fijne appartement aan het water. Het is buiten prachtig. We zijn op tijd hierheen verhuisd.”
Lees het verhaal‘Ik ga af en toe in mijn eentje weg’
Wout: “Dat is best een moeilijke vraag. Toen Mirjams situatie heel onzeker was, werd ik 10x per nacht wakker en dan luisterde ik of ze nog ademde. Dat is pittig. Ik doe alles in en om het huis, behalve de was, dat mag niet van haar, haha. Ik ben wel weer gaan werken, dat is mijn escape. Maar de rek is er bij mij wel een beetje uit. Dus ik zeg dingen af en ik ga in mijn eentje weg. We hebben vorig jaar een appartementje in Italië gekocht, en ik merk dat ik pas écht voor 100% kan loslaten als ik alleen ben. Dan tank ik bij. Ik denk nergens aan, ga wandelen, de bergen in, beetje rondrijden. En ik doe mooie dingen met mijn kinderen, we zijn pas samen naar een festival geweest. Ik moet opladen want ik weet nooit wat er morgen van me gevraagd wordt.”
Lees het verhaal‘Erover praten kost ook veel energie’
Ria: “Op het moment heb ik 80% van de energie die ik vroeger had. Ik doe nog steeds de receptie, de boekhouding, de website enzo. Ik doe minder fysiek zware dingen. Hoewel, ik maak ook nog gewoon het toiletgebouw schoon. Dat vind ik fijn zelfs!
Verder ben ik niet zo’n stapper, maar we gaan wel naar sociale dingen, of naar een toneelvoorstelling van onze dochter. Daar genieten we van. Of we gaan lekker uit eten samen. En ik mag graag met vriendinnen wandelen. Ik wil geen patiënt zijn. Dat heb ik altijd gehad. Het klinkt gek, maar je hoeft er niet altijd mee bezig te zijn. Ik merkte op een bepaald moment dat veel mensen steeds vroegen hoe het ging. Op een bepaald moment ben ik mijn antwoorden gaan inkorten, het kost veel energie. Soms moet je gewoon voor jezelf kiezen.”
‘Dingen opschrijven en afvinken’
Esther: “Ik vind het heerlijk om politieke debatten te kijken. Of iets op Netflix. Of ik luister naar muziek, oortjes in en dan in slaap vallen. Want in slaap vallen is lastig. Als ik ga liggen is het stil en ga ik nadenken, afscheidsbrieven in mijn hoofd schrijven, dingen die ik nog aan mijn dochters wil vertellen, dingen die ik nog wil doen. Vaak schrijf ik zulke dingen dan op. Dat geeft rust. Dan kan ik dat afvinken.”
Lees het verhaal